door In 1986 besloot de gemeenteraad een straat in een wijk van Diemen-Zuid te vernoemen naar Anne Frank (1929-1945). Zij was een joods meisje van Duitse afkomst dat in 1933 met haar familie vanuit Frankfurt naar Nederland vluchtte.
Tot 1942 woont ze aan het Merwedeplein in Amsterdam-Zuid. Op haar verjaardag (12 juni 1942) krijgt ze van haar ouders een roodgeruit dagboek cadeau. Vanaf dat moment beschrijft ze haar gedachten en gevoelens. Op 6 juli moet de familie Frank onderduiken in het Achterhuis aan de Prinsengracht 263.
In haar dagboek dat ze ‘Kitty’ noemt schrijft ze over het dagelijks leven in het Achterhuis, over de angst om ontdekt te worden en hoe moeilijk het is om overdag muisstil te moeten zijn en nooit naar buiten te kunnen. Ze schrijft ook over de kastanjeboom in de tuin waarop ze uitkijkt. Op 4 augustus 1944 doet de Grüne Polizei een inval en worden de familie Frank en andere onderduikers gearresteerd. Anne komt begin 1945 om in het concentratiekamp Bergen-Belsen.
Haar vader overleeft de oorlog. In 1947 geeft hij ‘Het Achterhuis’ uit. Het is een verzameling dagboekbrieven van Anne waarin zij haar onderduikperiode beschrijft. Het is een van de meest gelezen boeken wereldwijd. Sinds 2009 staat Anne dagboek op de Werelderfgoedlijst voor documenten van UNESCO.
In het voormalige Achterhuis wordt een museum ingericht, het Anne Frankhuis, dat jaarlijks door meer dan een miljoen mensen wordt bezocht. Hier is ook de Anne Frankstichting gevestigd. In Basel zetelt het Anne Frankfonds. Bij de Diemerbrug in Diemen staat een loot van de boom uit de tuin achter het Achterhuis: de Diemense Anne Frankboom.
Anne Frank en haar dagboek zijn door vele landen postaal herdacht met postzegels en speciale stempels. In Amsterdam-Centrum is er ook een Anne Franstraat.
